Vanaf 9 december gaat de Koninklijke Marechaussee extra grenscontroles uitvoeren om illegale migratie en mensensmokkel tegen te gaan.
Deze beslissing van het kabinet betekent dat het vrije verkeer van personen en goederen binnen het Schengengebied voorlopig beperkt wordt voor een periode van zes maanden. Deze maatregel volgt op de toegenomen asielinstroom, die het kabinet ziet als een urgente situatie die dergelijke controles rechtvaardigt.
Het besluit van het kabinet om extra grenscontroles in te voeren heeft grote gevolgen voor het Schengenverdrag en het vrije verkeer van personen en goederen binnen de Schengenzone. Het Schengenverdrag, ondertekend in 1985, vormt de basis voor de open grenzen binnen een groot deel van Europa. Dit verdrag staat symbool voor het vrije verkeer, wat betekent dat burgers van Schengenlanden zonder paspoort- of grenscontroles kunnen reizen, werken en verblijven binnen aangesloten landen. Ook goederen kunnen zonder douaneformaliteiten over grenzen heen worden vervoerd, wat zowel de economie als het dagelijks leven vergemakkelijkt.
Ingrijpen in deze open grenzen door middel van grenscontroles is een uitzonderlijke maatregel die door het Schengenverdrag strikt gereguleerd wordt. Lidstaten mogen alleen in noodgevallen of bij onvoorziene omstandigheden tijdelijke grenscontroles invoeren. Deze maatregel mag maximaal zes maanden duren, hoewel verlenging in speciale situaties mogelijk is, tot maximaal twee jaar. Dit waarborgt dat het vrije verkeer slechts tijdelijk en bij hoge uitzondering wordt beperkt, om te voorkomen dat de fundamentele voordelen van Schengen worden ondermijnd.
Het besluit van Nederland om extra grenscontroles uit te voeren valt in een bredere Europese trend, waarbij ook landen als Duitsland en Frankrijk hun controles tijdelijk hebben aangescherpt vanwege veiligheidsrisico’s en migratiedruk. De controles zijn, net als in andere landen, gericht op het bestrijden van illegale migratie en het beperken van risico’s rond mensensmokkel en terrorisme. Dit gaat echter niet zonder gevolgen: door de controles worden de grenzen in de praktijk minder open, wat een stap terug betekent voor de idealen van Schengen.
Toch benadrukt het kabinet dat de controles zo worden ingericht dat de impact op het economisch verkeer en het dagelijkse grensverkeer in de grensregio’s beperkt blijft. Op Schiphol en andere luchthavens worden risicovluchten extra gecontroleerd, maar forensen en goederentransport zouden zo min mogelijk hinder moeten ondervinden. Hoewel deze aanpak de verstoring van het Schengenverkeer probeert te minimaliseren, blijft het besluit om grenscontroles in te stellen, een signaal dat de idealen van het verdrag onder spanning staan. Dit kan voor de Schengenlanden een aanleiding zijn om de effectiviteit en houdbaarheid van het huidige migratie- en grensbeleid opnieuw onder de loep te nemen.
Gerelateerde berichten: